Het is 1924. In Rusland sterft Sovjetleider Lenin. In Duitsland stapt men van Gotisch schrift over op Latijnse letters. In Frankrijk worden de eerste Olympische Winterspelen georganiseerd. En in Gouda richt Geert Bouwmeester, hier in de Jeruzalemstraat op nummer 1, zijn eigen verzekeringsmaatschappij op. Hij werkt dan bij Nosokomos, de Nederlandsche Vereeniging tot Bevordering van de Belangen van Verpleegsters en Verplegers. De vereniging biedt opleidingen, een pensioenfonds en verzekeringen. Geert is er administrateur. Hij vindt dat Nosokomos moet uitbreiden, maar het bestuur wil er niets van weten.
‘Dan doe ik het zelf wel’, besluit Geert. Dat hij nog maar 22 jaar is, houdt hem niet tegen. Ook zijn vader vindt het geen probleem: die leent zijn zoon 5000 gulden en doet er een schenking bovenop. Dat kan, want hij is bankdirecteur. Procuratiehouder Cees de Jong wil voor hetzelfde bedrag ook wel meedoen en stelt bovendien de overloop van zijn huis in de Jeruzalemstraat beschikbaar. Cees gaat de administratie doen en Geert stapt op zijn fiets om klanten te werven, polissen rond te brengen en agenten te zoeken. De overloop wordt al snel te klein. Het bedrijf verhuist eerst naar de Kattensingel en dan naar de Turfmarkt.
Een eindje verderop staat de Jeruzalemkapel, op de hoek van de Jeruzalemstraat en de Patersteeg. Priester Gijsbert Raet onderneemt een kruistocht naar Jeruzalem. Als hij veilig terugkomt van zijn reis is Gijsbert zo dankbaar, dat hij rond 1500 deze kapel laat bouwen. Aan deze kapel heeft de straat zijn naam te danken.
Het parkje tegenover de Jeruzalemkapel is de Willem Vroesentuin. Aan de buitenkant van deze tuin hangt een foto-expositie van Gouda door de eeuwen heen. Deze is gemaakt ter gelegenheid van het 750-jarig bestaan van de stad.